Revolutie van tederheid

Revolutie van tederheid
"In de weken van advent heb ik geleefd met de woorden die ons door Paus Franciscus zijn aangereikt: De Zoon van God heeft ons in zijn menswording uitgenodigd tot de revolutie van de tederheid. Al zijn we dan Protestanten, zijn woorden over de menswording van Gods kunnen ons als Calvinisten en Lutheranen aanspreken. Ik laat de context van zijn woorden - een lang document over de betekenis van de verkondiging in deze tijd - voor wat het is. Ik laat er mijn eigen gedachten over gaan. De menswording van God is een revolutie van tederheid. Mooi… In Jezus is God dicht bij ons mensen gekomen en dat betekent een revolutie, een totale omkeer van alles. In een wereld van geweld en strijd, in een samenleving waar mensen ruziën, brengt God tederheid, zachtheid. Dat is iets om over na te denken. Ik neem u mee, naar drie momenten van tederheid in het kerstverhaal van Lucas:

Ten eerste de aankondiging van de geboorte van Jezus. Een bekend tafereel in de schilderkunst van de Middeleeuwen en de Renaissance. Hier zien we een (mij) onbekende Vlaamse meester, die er een huiselijk tafereel van maakt.



De schilderijen beelden Maria vaak af terwijl ze zit te lezen of te borduren. Soms is ze in de weer met naald en draad. Had Jozef een winkelhaak in zijn timmerkleed? Op tafel een vaas met witte lelies. Die ontbreken zelden in de compositie van de aankondiging. Witte lelies zijn een symbool van onschuld en maagdelijkheid. Soms zien we Jozef vaag op de achtergrond in de weer met een zaag. En dan de engel, een mooie witte jongen…

Een intiem en teder tafereel. Een engel en een meisje. Wees gegroet Maria, je hebt genade gevonden bij God. Je zult een kind krijgen. Na de eerste schrik - wat wil je, een engel in de kamer - reageert ze verrassend kalm op het nieuws. Ze vraagt zich af wat de groet te betekenen heeft. In de grondtaal, het Grieks, staat dat ze in dialoog gaat met zichzelf. Die ruimte krijgt ze. Ze wordt niet overweldigd, ze heeft niets te vrezen, zegt de engel. En dan zegt de engel grote woorden over dit kind. ‘Hij zal een groot man worden en Zoon van de Allerhoogste worden genoemd, en God, de Heer, zal hem de troon van zijn vader David geven. Tot in eeuwigheid zal hij koning zijn over het volk van Jakob, en aan zijn koningschap zal geen einde komen’ (Lucas 1: 33-34). Maria vraagt zich af hoe dat kan, en de engel zegt iets over de Heilige Geest en de Kracht van de Allerhoogste. Het is ten diepste een mysterie. Maria stelt verder geen vragen als: waarom ik? Mag ik er even over nadenken? Wat staat er tegenover? Nee, ze stemt in: ‘De Heer wil ik dienen: laat er met mij gebeuren wat u hebt gezegd’ Lucas 1: 38). Haar ontvankelijkheid ontroert mij.

Het volgende tafereel: twee vrouwen, een oudere en een jonge, Elisabeth en Maria, beide zwanger.



Wat hebben ze gedeeld in een moment van tederheid? De pijntjes en ongemakken van de zwangerschap? Dat ze beide een bijzonder kind zullen krijgen, en wat dat met hen doet? Elisabeth wordt vervuld van de Heilige Geest. ‘Wees gegroet Maria, vol van genade, gezegend ben je onder de vrouwen en gezegend is de vrucht van je schoot’. In haar antwoord zingt Maria het hoogste lied. Ze looft God, die naar haar heeft omgezien, zijn minste dienares. Ze bezingt hoe machtigen van de troon worden gestoten, hoe aan geringen aanzien wordt gegeven. Hoe hongerigen worden overladen met goedheid en rijken met lege handen worden weggestuurd. Een revolutie is het, totale omkeer van alles wat zo vanzelfsprekend is, namelijk dat de grootste mond altijd het grootste gelijk en grootste geluk krijgt. Maar het is een revolutie van tederheid… twee vrouwen, vol verwachting, hoopvol vanwege hun kinderen, die van God komen en Gods liefde zullen tonen.

In het derde tafereel is het kind geboren. Engelen hebben gezongen, herders zijn naar de stal gegaan. Deze ruwe mannen hebben zich gebogen bij de kribbe.. Ook de herders spreken grote woorden, die ze van de engelen hadden gehoord: dit kind, een heiland, een koning als David, en toch, iemand die tussen gewone mensen en dieren wordt geboren en tussen gewone mensen zal leven. Hij zal een revolutie van tederheid brengen met zijn woorden van vergeving, en zijn handen die helen. Heiland. Hij zaait de droom in onze harten dat het zo niet hoeft te zijn tussen mensen, zo hard. Hij toont de zachte kracht van Gods liefde en vrede op aarde. ‘Allen die het hoorden stonden verbaasd over wat de herders tegen hen zeiden, maar Maria bewaarde al deze woorden in haar hart en bleef erover nadenken’ (Lucas 2: 19). Een jonge moeder, met haar pasgeborene op schoot. Zoveel woorden, zoveel indrukken. Een moment van verwarring, maar ook van grote tederheid.

Rembrandt van Rijn (1606 - 1669)

De Zoon van God heeft ons in zijn menswording uitgenodigd tot de revolutie van de tederheid. Er is tederheid in de ontvankelijkheid van Maria, tederheid in de ontmoeting van twee vrouwen, die zich terdege bewust zijn van hun rol in de heilsgeschiedenis. Er is tederheid in Maria als zij al die woorden bewaart in haar, hart. Aan ons de vraag waartoe het kerstevangelie ons uitnodigt, vandaag. Aan ons om iets van die tederheid te delen in onze eigen omgeving."

Ds. Julia van Rijn, classispredikant Zuid-Holland noord
 
terug